zaterdag 10 mei 2014

Hoe heet ben jij?


Je kent ze vast wel. Die mannen of vrouwen die bij elk feest voorop gaan in de polonaise. Van die feestgangers die iedereen, oud en jong, van de stoel trekken om vooral mee te dansen in de feeststoet. Of van die (meestal) mannen die altijd achter de barbecue staan bij elke gelegenheid waar ze de kans krijgen. Ze stoken het vuurtje flink op en zijn druk bezig het vlees te draaien en er voor te zorgen dat de speklap niet in de fik vliegt. Ze zijn vaak zo druk met vlees draaien en roepen dat er weer een hamburger gaar is, dat ze zelf amper een stukje vlees binnen krijgen.
Zelf kan ik erg genieten van onze jongste dochter. Ze voelt haarfijn aan wanneer ze bij gespannen of verdrietige situaties een grap kan maken. Allemaal van die menselijke thermostaten die de temperatuur op een positieve manier laten stijgen.


In kerken vind je ook zulke types. Ik noem ze altijd “thermostaat christenen”. Mensen die ondanks alles toch positief zijn en iets aanstekelijks hebben. Enthousiast zijn over wat ze geloven en er nooit voor terugdeinzen om anderen te motiveren en te bemoedigen. Maar de eerlijkheid gebied te zeggen dat er meestal meer “thermometer christenen” zijn dan “thermostaat christenen”. Het verschil tussen die twee is dat de eerste laat zien hoe warm of koud het in de kerk is en de andere er voor zorgt dat het warm is.

Stel je voor zeg dat er geen “thermostaat christenen” zouden zijn. Mooie koude bedoeling. Ik kom vaak in kerken waar ik deze warmtebronnen mis. De kerk doet er alles aan om de kerk toch wat warmte te geven en men zoekt het dan in mooie gebrandschilderde ramen, goede stoelen, een beamer met laptop en scherm, en ga zo maar door. Je loopt dan het gevaar dat er een warme kerk ontstaat met koude mensen. Maar de kerk is er niet bij gebaat dat er een hogere graad van aankleding is, maar dat het geestelijk een aantal graden warmer wordt.
Zo gaat het ook met je eigen huis. Je kunt je huis nog zo gezellig aankleden, maar als de kachel ontbreekt dan wordt het in koude en in donkere tijden een koude bedoening.

Zelf stel ik me regelmatig de vraag, “was ik vandaag een thermometer christen of een thermostaat christen?” En als ik merk dat ik in mijn kerk, mijn gezin of mijn omgeving de geestelijke temperatuur niet meer aanwakker, dan rest me nog maar één vraag; "waarom sta ik niet meer in vuur en vlam voor God? Waar is mijn enthousiasme gebleven en wat is de reden?"

Hoe zit het met u, met jou? Breng jij de kerk geestelijk op temperatuur of geef je aan hoe koud het er is?